zaterdag 22 maart 2014

Treurwilgentenen

Het begin van een nieuwe boom. In natureltinten wol van zoveel mogelijk verschillende schapen, zoveel mogelijk uit de regio. 8 kilometer spinnen en 1 kilometer haken voor de boeg. Plus 1600 wollen treurwilgentenen borduren op heel teer chiffonzijde van 110 bij 300 cm. En die vervolgens twijnen tot takjes, takken, een stam en wortelstelsel. Het voelt heel bijzonder.



zaterdag 15 maart 2014

Wolsoorten

Er zijn wereldwijd zo'n negenhonderd verschillende schapenrassen, in Nederland ongeveer honderd. Elk ras heeft zijn eigen wol met typische kenmerken als kleur, lengte, vezeldikte en het gemak waarmee het te vervilten of spinnen is. In een workshop van Vilt & Vezels in Dordrecht ontdekte ik dat het heel leerzaam is om allemaal lapjes van hetzelfde gewicht aan wol en met hetzelfde oorspronkelijke (wol krimpt immers in meer of mindere mate tijdens het viltproces) formaat te vilten. Zo ervaar je hoe de verschillende wolsoorten zich gedragen en wat hun effect is.


Experimenteren met textuur

Door te spinnen met heel veel twist en die draad dan te twijnen, ontstaat hele onregelmatige draad, die doet denken aan de knoestigheid van bepaalde bomen. Ook de soort wol maakt verschil. Vooral de lange haren van bepaalde heideschaap-achtigen geven mooie rafels of lusjes.

Bij het vilten van snoeren heeft ook de duur van het rollen invloed op het resultaat. Omdat het rollen van de snoeren heel arbeidsintensief is een veel tijd kost, ben ik ook aan het uitproberen om dit werk deels door de wasmachine te laten doen.

Om later nog te kunnen zien welke techniek tot welk resultaat leidt, krijgen alle experimentele draden en snoeren een label.



De eerste spinsels

En toen was het oefenen met spinnen geblazen, op weg geholpen door de zeer behulpzame mensen van De Schapekop in Nieuwpoort. Mijn allereerste streng, gesponnen uit de ruwe vacht van het Zwartbles schaap en eenmaal getwijnd, was super onregelmatig. Typische beginnersdraad, maar eigenlijk des te mooier. Dunner spinnen is gemakkelijker en ook helpt het als de wol gekaard is. De onderste strengen zijn gesponnen uit industriële lontwol van Zuid Amerikaanse en Scandinavische Merinoschapen.


 

Knotwilg

De eerste boom van vilt werd de typische polderboom, knotwilg, van twee meter hoog. Belangrijk voor het project is om consequent te blijven in de constructie en van daaruit de verschillende boomsoorten weer te geven.

Door verschillende groentinten en naturellen te gebruiken creëerde ik een vrij realistisch effect. Uiteindelijk wil ik in huidtinten gaan werken, als verwijzing naar de menselijke ontworteling. Bovendien hoop ik zo enige abstractie te creëren en zo een voor de kijker uitdagender beeld. Even Photoshoppen geeft een indruk van hoe dat eruit kan gaan zien.

Deze wol in industrieel en synthetisch geverfd. Uiteindelijke ga ik mijn wol zelf kleuren met plantaardig materiaal, zoals meekrap, rode uienschillen of avocado. In april volg ik daarvoor les bij Hilde Vleugels. Ik wil uiteindelijk het hele project zoveel mogelijk ambachtelijk en met natuurlijke en lokale materialen uitvoeren.



Het begin van Project Hersenspinsels


Het begon allemaal met een spontaan experiment: katoenen garen vlechten volgens de structuur van een boom. Aan de uiteinden bevestigd op een restje katoenen kaasdoek. Twijgjes werden takken, takken werden dikke takken en dikke takken vormden tezamen een stam. Een stam die volgens dezelfde structuur weer kon worden uitgesplitst in het vertakte netwerk van de wortels. Of in de knoop in de lucht kon bungelen: ontworteld.

Eigenlijk begon het al eerder: bij het idee om van vilten snoeren een navelstreng te maken. Dat was weer naar aanleiding van een spekstenen beeldje, dat spontaan ontstaan was in de vorm van een foetushouding, mijn "Kunstkind". De navelstreng gaat over verbinding, over voeding, over afhankelijkheid en uiteindelijk de stap naar zelfstandigheid. De verbinding tussen moeder en kind, de oerverbinding met het leven, ofwel: geworteld zijn.

Een fascinatie voor in elkaar gedraaide strengen, als symboliek van de zeer persoonlijke thema's verbinding en (ont)worteling, was geboren. De textuur van vooral de stam smaakte naar meer. Naar groter en robuuster: vilten snoeren. Of juist naar teer, zacht en complex: heel veel dun gesponnen draden. Dit was het werkelijke begin van mijn ontdekkingsreis in de wereld van wol.



Vijf soorten ruwe schapenvacht in één

In een workshop bij De Schapekop in Nieuwpoort heb ik leren vachtvilten. Ik kon echter niet kiezen uit alle mooie vachten en dus heb ik vijf verschillende vachten gecombineerd tot één.